P
PARCOURS
Het is altijd handig om voor een wedstrijd het parcours te verkennen.
In de jongere categorieën zijn de parcours beperkt qua afstand dus dat is gemakkelijk te doen.
Je kan tijdens zo een verkenning letten op de gevaarlijke punten (verkeersdrempels, paaltjes, putten in de weg,...) maar ook op moeilijke hindernissen zoals hellingen of scherpe bochten.
Als je voor jezelf al die punten in kaart hebt gebracht weet je ook waar en wanneer je in een wedstrijd van voor moet zitten. Zo kan je bijvoorbeeld het punt uitkiezen waar je je spurt wil
beginnen.
PETJE
Je ziet het niet zoveel meer in het peloton. Maar toch heeft een petje nog steeds zin:
PLASTIC ZAKJE OVER JE VOETEN
Je maakt een verre fietstocht? Je hebt natte voeten en moet nog ver?
Stop dan even. Doe je sokken uit en doe een plastic zakje rond je voeten;
Doe daarna je sokken en je schoenen terug aan.
Je zal hierdoor geen droge voeten krijgen maar de plastic rond je voeten zorgt er wel voor dat je voeten terug opwarmen.
POSITIE IN HET PELOTON
“EEN BEETJE OPSCHUIVEN!!! ” is een van de meest gehoorde opmerkingen van supporters naar hun renner langs de kant van de weg. En het klopt ook. Vooraan is de actie. Daar gebeurt het!
Maar het is moeilijk om de hele tijd vooraan te rijden. Dit wil namelijk het hele peloton!
Het is iets wat je ook leert door ervaring.
Feit is wel dat van voor rijden veiliger is dan van achter.
Als je in een nieuwelingenkoers in 30ste positie fietst kunnen er maar 29 renners voor je vallen.
Als je met 120 rijdt zijn er dat....
Kortom. Vooraan rijden verkleint de risico’s op vallen en vergroot de kans op succes.
Tip:
De gevaarlijkste plaats om te rijden is in het midden van het peloton.
Als ze voor je vallen kan je niet meer weg.
Veiliger is de kanten opzoeken.
Dan kan je bij een valpartij misschien nog uitwijken naar links of rechts.
Nadeel is wel dat je meer met je neus in de wind rijdt.
POSITIE OP JE FIETS
Deze moet je als je in je groei bent heel regelmatig aanpassen.
Je kan voor het seizoen langs je fietsenmaker gaan om na te kijken of je goed op je fiets zit.
Indien je helemaal perfect wil zitten kan je langs specialisten gaan die je helemaal opmeten en je positie aanpassen tot de ideale positie.
PROGRAMMA
Neem niet teveel hooi op je vork.
Een wielerseizoen is lang. Je kan dan ook niet de hele tijd in vorm zijn.
Bouw daarom rustperiodes in. Dat kan bv. met de examens zijn, maar ook daarbuiten kan het goed zijn om eens een pauze in te lassen.
Het is niet slecht/erg om eens een weekend geen wedstrijd te rijden.
Zeker bij heel jonge renners kan rust ooit meer goed doen dan competitie.
Zo krijgt het jonge lichaam de kans om te herstellen.
R
RECHTS VAN DE WEG STOPPEN
Het is een ongeschreven maar zeer belangrijke wet in het wielrennen.
Als je tijdens een koers moet stoppen doe je dat ALTIJD aan de rechterkant van de weg.
Lekke band = rechts stoppen,
ketting af = rechts stoppen,
opgeven = rechts stoppen.
Ploegleiders letten steeds op rechts of er geen renners staan. De linkerzijde van de weg wordt dan ook beschouwd als doorgang. Probeer hier dus steeds aan te denken als je moet stoppen.
REGEN
Fietsen in de regen vinden de meeste renners niet leuk.
Je kan je er op proberen te kleden maar als je echt lang fietst zal je toch nat worden.
Daarom is het niet zo’n goed idee om bij harde regen een verre fietstocht te doen.
Want:
Rij dus niet te ver van je huis weg als je wil fietsen in de regen. Zo kan je altijd snel terugkeren moest je onderkoeld raken.
REGENTAS
Voorzie tijdens wedstrijden een regentas. Hierin steek je allerlei reserve materiaal en spullen die je kunnen helpen om het droog te houden (regenjas, reserve schoenen, sokken, handschoenen, ...).
Zo kan je dan bijvoorbeeld vlak voor start droge spullen aantrekken als je tijdens de opwarming bent nat geworden.
RESPECT
Fietsen is een intense hobby. Heb dan ook veel respect voor:
ROLLEN
Zijn ideaal om op te trainen in de winter als het heel slecht weer is. Maar toch zijn ze de laatste optie. Dit omdat de coördinatie van je lichaam en fiets op rollen zeer beperkt is.
Trainen op rollen is dus een goede 'vervangtraining'.
Je hebt verschillende soorten rollen:
Allemaal leuk en aardig maar het meest functioneel zijn rollen vaak voor een tijdrit of wegwedstrijd.
In de jeugdcategorieën vliegen de renners er vaak in vanaf de start. Het is dus best dat je goed opgewarmd bent om direct het hoge ritme aan te kunnen. En rollen zijn hier ideaal voor.
RISICO'S
In elke wedstrijd/fietstocht schuilt er wel enig gevaar. Een ongeluk kan altijd gebeuren.
Toch heb je zelf ook veel in de hand. Je moet goed afwegen welke risico’s je wil nemen.
Hou wel steeds in je achterhoofd dat je nog geen profrenner bent.
Je zal dus met een mogelijke nederlaag geen miljoenen laten liggen, maar mogelijk wel wat vel...
RUGNUMMER
Als je jouw nummer ontvangt bij de inschrijving vraag dan steeds of je hem links of rechts moet opspelden (Dit is afhankelijk van de plaats waar de jury en de camera voor de fotofinish staan).
RUGPIJN
Als je tijdens het fietsen pijn in je onderrug krijgt ligt dat vaak aan het feit:
RUSTEN IS VOOR JONGEREN SOMS BETER DAN TRAINEN
Wielrennen is een intensieve sport die belastend kan zijn voor een jong lichaam. Het is dus belangrijk om een goed evenwicht te vinden tussen rust en training.
Hard trainen is goed, maar als er geen ruimte is voor recuperatie levert dit niets op. Klaagt de renner over vermoeide benen dan is dit geen teken van onder- maar van overtrainingen. Rusten is
dan de boodschap.